Jaar van uitgave: 2006 | 1e druk |auteur: Wout Verwoerd

Hoofdstuk 6

1. MBP is in de jaren zestig vooral populair geworden omdat:



2. Lees onderstaande beweringen:

I. Een langere doorlooptijd beïnvloedt het rendement altijd positief.

II. De doorlooptijd omvat de bewerkingstijd, de insteltijd en de wachttijd.



3. De onderstaande tabel toont de bruto behoefte voor een artikel in het materiaalbehoefteplan (MBP).

            Veiligheidsvoorraad: 0. Doorlooptijd: 4 weken.

 

Weken           1          2          3          4          5          6          7

Brutobehoefte                     100                 300     200                 400

Verwachte ontvangst

Econ. vrd.      500

Geplande orders

 

De nu beschikbare voorraad is 500 stuks en er staan geen orders open (er zijn geen verwachte ontvangsten). Het artikel heeft een levertijd van vier weken en er is geen minimale seriegrootte.

Welke van de volgende antwoorden geeft de juiste orders (hoeveelheid en tijdstip van plaatsing) aan die de planner moet uitvoeren?



4. Welke van de volgende antwoorden geeft de juiste orders (hoeveelheid en tijdstip van plaatsing) aan die de planner moet uitvoeren indien de optimale seriegrootte 400 stuks is:



5. Acht u een stochastisch voorraadsysteem voor de beheersing van de voorraden gereed product geschikt voor een toeleverancier van onderdelen aan een assemblagebedrijf? Welke is het beste antwoord:



6. Wanneer een productiebedrijf de productie, inkoop en voorraad plant, welke volgorde van plannen en activiteiten zal de onderneming dan hanteren wanneer met een MBP-systeem gewerkt wordt:

 

I. materiaalbehoefteplan (MBP)
II. ondernemingsplan en productieplan
III. hoofdproductieplan (HPP)
IV. capaciteitsbehoefteplan (CBP)
V. voortgangscontrole



7. Er zijn verschillende voordelen van materiaalbehoefteplanning boven het stochastisch voorraadbeheer. Welke van de volgende is geen voordeel:



8. Wat is het verschil tussen MBP en MRP II



9. Een hoofdproductieplan is realistisch als:



10. De doelstellingen van materiaalbehoefteplanning zijn:



11. Het materiaalbehoefteplan is gebaseerd op een zogenaamd hoofdproductieplan (HPP). Hierin staat de brutobehoefte per artikel per planperiode. Deze is samengesteld uit:

 

I reeds ontvangen orders met levertijd
II schattingen van de toekomstige behoefte aan eindproduct
III schattingen van te leveren serviceonderdelen
IV uitval percentage in het productieproces

 

 

 

 

 

 



12. MBP kent:

I. Onafhankelijke vraag is niet gerelateerd aan de vraag naar producten/componenten op een hoger niveau in de productstructuur. Dit type vraag moet voorspelt worden.

II. Afhankelijke vraag is direct gerelateerd aan de vraag naar producten/componenten op een hoger niveau in de productstructuur. Dit type vraag kan berekend worden en hoeft dus niet voorspeld te worden.



13. Lees onderstaande beweringen:

I. Een artikel bij materiaalbehoefteplanning kan zowel een afhankelijke als een onafhankelijke vraag hebben.

II. Materiaalbehoefteplanning is bij uitstek geschikt voor job-shop en assemblagebedrijven.



14. Bij het beheersen van de orders in de productieafdelingen zijn ondermeer de volgende aspecten van belang:

 

 I De prioriteit van de orders
 II De hoeveelheid productieorders in de afdeling
 III De planning van het onderhoud
 IV De efficiëntie van de productie

 

Welke twee aspecten zijn de belangrijkste bij het beheersen van de doorlooptijden?

 



15. De onderzoeksafdeling bestelt voor onderzoeksdoeleinden regelmatig producten bij de productieafdeling. We hebben hier te maken met:



16. Lees onderstaande beweringen: 

 

I. De planninghorizon van het hoofdproductieplan van een industriële onderneming die een ordergestuurd systeem hanteert, moet minimaal gelijk zijn aan de levertijd van de toeleveranciers en de integrale interne doorlooptijd van de onderneming zelf.

II. Bij het vertalen van het hoofdproductieplan naar de meer gedetailleerde capaciteits- en materiaalbehoefteplanning vervult de stuklijst een sleutelfunctie.